mau

De meesten denken bij het oude Egypte aan piramides of mummies, maar de ware ailurofiel heeft maar een associatie: katten. Ze werden Mau genoemd (de beste naam ooit voor katten, alleen al hieruit blijkt het Egyptische genie) en ze waren heilig (een terugkeer naar de Egyptische religie is dringend gewenst).

 

Mau werden aanvankelijk vereerd omdat ze ongedierte bestreden en slangen een kopje kleiner maakten. Later werden ze verheerlijkt als symbool van bescherming, moederschap, vruchtbaarheid, sierlijkheid en evenwichtigheid.


De Egyptische kattengodin heette oorspronkelijk Mafdet, maar was in feite meer leeuwin dan kat. Zij evolueerde in de minder vervaarlijke godin Bast. Deze werd ook wel Bastet genoemd, maar er bestaat een verschrikkelijke schrijver met die naam, dus wij houden vast aan Bast of Bubastis.

 

De stad Bubastis was geheel gewijd aan Mau. Herodotus bezocht Bubastis in 450 voor Christus en meldde dat de tempel van Bast lager lag dan de rest van de stad. Er liep een gracht omheen, zodat het leek of de tempel op een kunstmatig eiland was gebouwd. Het heiligdom was niet bijzonder groot of kostbaar, maar wel een lust voor het oog. Via een bomengalerij betrad je het binnenste en daar struikelde je werkelijk over de heilige Mau; zij werden verzorgd door priesters, die op hun beurt werden betaald door pelgrims.

 

Het zal niet verbazen dat de tempelpopulatie groeide als kool; van tijd tot tijd moesten er kittens worden gedood om de zaak niet uit de hand te laten lopen. De beestjes werden gemummificeerd en als relikwie verkocht.

 

In 1888 werd er nabij de tempel een tombe ontdekt met daarin meer dan 80.000 (!) gemummificeerde Mau, benevens een gering aantal mangoesten, honden en vossen. De boer die de ontdekking deed maalde het merendeel der mummies fijn en verkocht dit als mest; moge de wraak van Mafdet zijn nageslacht tot in de eeuwigheid treffen. Een klein deel werd gered en is te bezichtigen in het British Museum te Londen.

 

De foto's hierboven zijn allen Egyptische standbeelden van Mau en dateren van 2000 (!) tot 600 voor Christus. Zij zijn te bewonderen in het Metropolitan Museum of Art te New York.